Meet de Mees
In ‘Meet de Mees - de koolmees als biomonitoring tool voor de verspreiding van bestrijdingsmiddelen (MdM)’ verzamelen we met behulp van een citizen science approach niet-uitgekomen eieren en dode jonge koolmezen die na afloop van het broedseizoen achterblijven.
Over het project
In Nederland wordt op grote schaal gebruik gemaakt van bestrijdingsmiddelen. Tegelijkertijd is er zowel onduidelijkheid als zorg over de verspreiding van deze stoffen in onze leefomgeving en de gevolgen voor de volksgezondheid. De maatschappelijke druk om ten aanzien van bestrijdingsmiddelen het voorzorgsbeginsel toe te passen groeit.
Om effecten te kunnen bestuderen is het noodzakelijk om te weten in hoeverre bestrijdingsmiddelen in onze directe leefomgeving voorkomen. De koolmees kan ons hierbij helpen. Deze vogel komt vrijwel overal voor in natuur, platteland en stad. Gedurende het broedseizoen verzamelt een koolmees in zijn directe omgeving, die ook vaak onze directe leefomgeving is, nestmateriaal en duizenden rupsen. Hierbij komen lokaal aanwezige bestrijdingsmiddelen in de koolmezen, hun eieren en jongen terecht. Dit maakt de koolmees een uitermate geschikte soort om de verspreiding van bestrijdingsmiddelen in heel Nederland in kaart te brengen.
Citizen science approach
Dat doen we met behulp van een citizen science approach, waarbij we niet-uitgekomen eieren en dode jonge koolmezen verzamelen die na afloop van het broedseizoen achterblijven. De hierin aanwezige bestrijdingsmiddelen worden geanalyseerd met een speciaal hiervoor ontwikkelde methode gebaseerd op vloeistofchromatografie gekoppeld aan massaspectrometrie (LC-MS). We zullen onze data vergelijken met de Bestrijdingsmiddelenatlas om te beoordelen of koolmeesgegevens kunnen bijdragen aan een beter inzicht in de bestrijdingsmiddelenverspreiding.
Overheden, zoals de gemeente Leiden, kunnen de projectresultaten inzetten om beleid te ontwikkelen gericht op het verminderen van bestrijdingsmiddelgebruik, het bevorderen van biodiversiteit en het ondersteunen van een gezondere leefomgeving. Vogelbescherming Nederland zal dit op landelijk niveau coördineren via haar uitgebreide netwerk en publieke betrokkenheid.
Biobank voor eieren en nestjongen
Om duurzaam gebruik van de onderzoeksresultaten te garanderen zal het MdM-consortium een biobank voor eieren en nestjongen van koolmezen aanleggen ten behoeve van toekomstig onderzoek naar de aanwezigheid, transmissieroutes en effecten van bestrijdingsmiddelen in relatie met biodiversiteit en volksgezondheid.
Contact
Peter Lindenburg
Algemene informatie
Dossier: RAAK.PUB13.035
Startdatum: 1 september 2024
Einddatum: 31 augustus 2026
Regeling: RAAK-publiek
Thema's
- Bètatechniek
- Gebouwde omgeving duurzaam en leefbaar
- Gezondheid en Welzijn
- Sleuteltechnologieën en duurzame materialen
Consortiumpartners
- Gemeente Leiden
- mboRijnland
- Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen||Meertens Instituut
- Nederlandse Vereniging tot Bescherming van Vogels
- Sovon Vogelonderzoek Nederland
- Stichting Vogelklas Karel Schot
- Universiteit Leiden
Netwerkleden
- "Meten=Weten"
- Dr. Adriaan Guldemond
- NESTKAST
- Stichting Naturalis Biodiversity Center