60 jaar: Onderwijs in laboratoria
Het laboratoriumonderwijs van Hogeschool Leiden en mboRijnland viert dit jaar het 60-jarig jubileum.
Analisten, laboranten en chemici vormen een belangrijke spil in het oplossen van grote maatschappelijke opgaven. Volgens docenten van de opleidingen is de relevantie van dit onderwijs groter dan ooit. Marijn Knip is docent bij de opleiding Biologie en Medisch Laboratoriumonderzoek van Hogeschool Leiden. Daar worden toekomstige analisten opgeleid die breed inzetbaar zijn.
“Dat kan in een ziekenhuis zijn waar analisten zijn verbonden aan onderzoek of diagnostiek, maar bijvoorbeeld ook bij bedrijven, organisaties en onderzoeksinstituten die zich richten op schimmels, drinkwaterkwaliteit, sierteelt of voedselgewassen”, zegt Marijn. “Een ander voorbeeld is het Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee op Texel, waar onderzoek naar water meer inzicht geeft in hoe het met trekvogels en bodemdieren op het wad gaat. Overal waar een lab bij komt kijken, vind je onze studenten terug.”
Ontwikkelingen in het werkveld gaan razendsnel, mede door technieken en apparatuur die steeds geavanceerder, sneller en efficiënter werken. De hogeschool staat letterlijk en figuurlijk midden op het Leiden Bio Science Park (LBSP), de grootste life sciences campus van Nederland. “We zijn nu weer bezig om ons onderwijs te vernieuwen en daar proberen we veel bedrijven op het LBSP bij te betrekken. De vraag vanuit de sector passen we direct toe in ons onderwijs”, legt Marijn uit. Zo is er onlangs een intentieverklaring ondertekend met Johnson & Johnson om nieuw talent op te leiden voor een life sciences-carrière. “De koppeling met het LBSP is ook terug te zien in stageplekken. Veel van onze studenten lopen in de buurt stage. De contacten tussen het werkveld en de hogeschool zijn echt heel goed.”
Chemie: de kunst van het meten en maken
Al twintig jaar is docent Karsten Kaspers betrokken bij de opleiding Chemie van Hogeschool Leiden. Naast het lesgeven is Karsten bezig met vernieuwingen binnen de opleiding en het ontwikkelen van experimenten. “Wij leiden chemisch analisten op die om kunnen gaan met reacties en geavanceerde apparatuur. Veel mensen denken daarbij al snel aan het ontwikkelen van chemicaliën, maar het gaat ook om organisaties en bedrijven die bezig zijn met klimaatonderzoek, zaadveredeling, voeding, drinkwatercontrole en ook steeds meer in ziekenhuizen”, legt Karsten uit. “Chemie heeft een hele belangrijke rol om tot een duurzame samenleving te komen. Zo houden ze zich bijvoorbeeld bezig met produceren van bioplastics uit het snoeiafval van maïsplanten en het terugwinnen van fosfaat uit drinkwaterinstallaties.”
Voeg een onderzoekende geest, analytisch denken en flink wat creativiteit bij elkaar. Dat zijn de basiselementen die een student Chemie nodig heeft om te kunnen meten en maken. “Chemisten zijn vaak de eersten die iets proberen. Experimenten gaan nooit in één keer goed, dus dan heb je weer creatieve oplossingen nodig om verder te kunnen”, legt Karsten uit. “Zo hebben we dit jaar een project met honing van imkers uit de buurt. Alle bijenkolonies maken honing die een andere samenstelling heeft. Hoe kan dat? Komt dat door andere bloemen of echt doordat ze naar andere locaties toegaan? Dat soort vraagstukken zijn enorm interessant. Ik weet het antwoord als docent ook niet, dat pluis ik dan samen met de studenten uit.”
Middelbaar Laboratoriumonderwijs (MLO)
De opleiding Biologie en Medisch Laboratoriumonderzoek blaast niet als enige zestig kaarsjes uit. Ook de opleiding Chemie van Hogeschool Leiden en de opleiding Middelbaar Laboratoriumonderwijs (MLO) van mboRijnland bestaan zestig jaar. Studenten van die laatste opleiding volgen onderwijs op de campus en in de laboratoria van de hogeschool. “Nieuwsgierig, een kritische houding en dingen willen onderzoeken. Dat zijn eigenschappen die iedere MLO-student bezit en als analist of allround laborant nodig heeft”, aldus Rianne Veldt-Meijer, docent en practor bij de opleiding. “De studenten specialiseren zich uiteindelijk in de richting van chemie of biologie. Tijdens de opleiding krijgen ze beide kanten mee aan de hand van gastlessen, loopbaanoriëntatie, snuffelstages en opdrachten van bedrijven waarbij studenten onder meer monsters meten en data teruggeven aan het werkveld.”
Ook Rianne benadrukt de snelle ontwikkelingen in de sector en noemt daarbij onder meer artificial intelligence (AI), robotisering en de groeiende vraag naar analisten die kunnen programmeren. “Dat is één van de onderwerpen die ik met mijn practoraat ga oppakken. Wat is de toekomst van een analist? Samen met bedrijven willen we daar een goed beeld van schetsen, zodat we de opleiding kunnen blijven innoveren. Duidelijk is wel dat je zonder analisten de kwaliteit van allerlei producten niet kunt waarborgen. Dan weet je niet of de uitslag die een dokter geeft wel klopt of dat je kraanwater veilig kunt drinken. Bij kwaliteitszorg houd je analisten nodig”, legt Rianne uit. Marijn voegt daaraan toe: “Studenten van de opleiding Biologie en Medisch Laboratoriumonderzoek worden opgeleid om een heel lab te runnen en protocollen op te stellen voor het gebruik van nieuwe apparatuur. Zo zie je dat studenten van deze twee opleidingen in een laboratorium niet zonder elkaar kunnen.”