Frederike over opleiding Pabo
In het vierde jaar van de Pabo kies je een minor, waardoor je je als leerkracht nog beter kunt specialiseren. Pabostudent Frederike koos in haar vierde jaar voor de minor Muziek. Benieuwd naar haar motivatie en toekomstplannen? Lees meer.
Muziek als rode draad
Muziek is altijd al de rode draad in mijn leven geweest. Mijn ouders geven allebei pianoles en ik heb zelf op een kinderkoor gezeten en in het schoolorkest. Het betekent voor mij creativiteit, vrijheid en verbondenheid. Je kunt muziek namelijk op zoveel verschillende manieren inzetten: je kunt ernaar luisteren en je kunt het maken, alleen of samen met anderen. En dat kan dus ook heel goed in de klas.
De weg naar de perfecte muziekles
Muziekles geven in het basisonderwijs en bij de opleiding Pabo is best wel een uitdaging. Je hebt groepen van 30 kinderen en als je hen allemaal een muziekinstrument wilt laten bespelen, zit dat heel organisatorisch in elkaar.
Ik vind muziek heel leuk, maar voelde me vóór deze minor nog niet vaardig genoeg om een echt goede muziekles neer te zetten. En dat wilde ik na mijn afstuderen wel graag kunnen. Dus om meer handvatten te krijgen heb ik voor de minor Muziek gekozen. Bij deze minor kies je een begeleidingsinstrument, zodat je jezelf kunt begeleiden. Je kan kiezen uit piano of gitaar. Ik koos het laatste, omdat ik heel graag gitaar wilde leren spelen. Deze pak je er namelijk makkelijk bij in de les en tussen de lessen door.
Tijdens de minor geef je muziek aan alle groepen in het basisonderwijs en verzin je iedere week weer nieuwe lessen. Je krijgt opdrachten die je moet uitvoeren, zodat je niet alleen maar met de kinderen zingt of met de instrumenten aan de slag gaat. Zo komt er van alles voorbij in je lessen.
Het is leuk dat je sommige lessen in meerdere klassen kon geven. Hierdoor kon je gelijk verbeteren wat er eerder niet zo goed ging. Je leert heel veel van proberen en het doen. Dankzij deze minor voel ik me nu vaardiger om muziekles te geven.
Samen muziek maken
Tijdens de minor maak je vooral samen muziek. Zo vorm je samen met de andere studenten uit de minor een band en leer je van verschillende instrumenten de basics. Hierdoor zit je bij het ene nummer bijvoorbeeld achter het drumstel en bespeel je bij de volgende de basgitaar. Het leuke is dat iedereen elkaar helpt.
Daarnaast vorm je ook een koor met je medestudenten. Daar leer je om wat zelfverzekerder te zijn over je zang, want je moet natuurlijk wel kunnen voorzingen en meezingen. Als je dat spannend vindt, kan dat best een drempel zijn om muziekles te geven. Zelf had ik al wel zangervaring, maar er waren ook studenten die aan de start van de opleiding niet zo goed durfden te zingen. Zij hebben tijdens de minor geleerd om hun stem beter onder controle te krijgen en hoe je die het beste kunt gebruiken voor de klas.
Stage vol met muziek
Tijdens deze minor loop je een dag per week stage op een basisschool en dan het liefst bij een vakleerkracht muziek, zodat die jou kan observeren en tips kan geven.
Op zo’n stagedag geef je de hele dag muziekles aan de verschillende groepen. Belangrijk daarbij is dat de kinderen vooral zelf lekker veel muziek maken. Zo ben ik wel eens met ze aan de slag gegaan met boomwhackers. Dat zijn gekleurde staven die allemaal een eigen toon hebben. Natuurlijk heb ik ook lessen gegeven met gewone instrumenten, zoals een triangel en een trommeltje.
Ik laat soms eerst een video zien van het muziekstuk dat we gaan meespelen. Bijvoorbeeld een video van het orkest, zodat de kinderen kunnen kijken en luisteren wat voor instrumenten erin zitten en hoe ze klinken. Ik bespreek dan met ze welke instrumenten ze zien, wat ze vinden van de muziek en wat voor een emotie het oproept.
Ook is het belangrijk om uit te leggen hoe ze de instrumenten het beste kunnen vasthouden, zodat het geluid er mooi uitkomt. En natuurlijk laat je het de kinderen even proberen. Je oefent het stuk vaak en wisselt af en toe van instrument. Het is handig dat er tegenwoordig heel veel meespeelvideo’s bestaan waarbij de kinderen de muziek makkelijk kunnen aflezen. Op deze manier kun je ze bijvoorbeeld een klassiek muziekstuk met eenvoudige schoolinstrumenten mee laten spelen.
Aanpak
Zo’n stage is heel leerzaam, want je moet over veel zaken heel goed nadenken. Hoe ga je de instrumenten uitdelen? Zet je de instrumenten bij elkaar of verspreid door de klas en hoe geef je ze aan de kinderen? Mogen ze het ophalen of leg je ze op de tafeltjes neer? Wat zijn de afspraken? Wanneer mogen ze ermee spelen?
Ik laat ze altijd even hun nieuwe instrument ontdekken. Je moet het allemaal een beetje gaandeweg leren en daar is zo’n stage heel fijn voor. De eerste les vergeet je bijvoorbeeld om te zeggen dat ze niet op hun instrumenten mogen spelen als jij als juf aan het woord bent. Dat is natuurlijk heel moeilijk voor kinderen. Voor iedereen trouwens. Als je zelf een instrument in handen krijgt, wil je er ook gelijk mee rommelen.
Maar goed, het is dus heel belangrijk om regels af te spreken. In je stage kan je makkelijk de dingen aanpakken die daarvoor fout gingen. Zo groei je. Dat neem je ook weer mee als je een andere (muziek)les gaat ontwerpen.
De rol van muziek in het onderwijs
Wat mij betreft zou muziek standaard gegeven moeten worden op de basisschool. Dat kan dan één keer per week zijn, maar ik doe het ook vaak even tussen de lessen door. Dan pak ik mijn gitaar erbij, zingen we een liedje en gaan we weer door. Muziek maakt je weer actief. Het doet iets in je hersenen, waardoor je weer blij wordt. Zo kunnen de kinderen er vaak weer even tegenaan.
Je kunt muziek natuurlijk ook combineren met andere schoolvakken. Met taal kun je kinderen bijvoorbeeld een rap laten schrijven. Je kunt op allerlei manieren muziek in je onderwijs verwerken en daarom vind ik deze minor zo belangrijk. Je zelfvertrouwen groeit en je leert om het plezier in muziek door te geven aan de kinderen.
Een echte aanrader
De minor is een echte aanrader. Het is een super gezellige en leuke minor. Je bent heerlijk muziek aan het maken met elkaar en je zelfvertrouwen om een goede muziekles te geven groeit enorm. Het is een hogeschoolbrede minor waarbij iedereen dus welkom is, maar het is wel fijn als je wat ervaring hebt met lesgeven of het begeleiden van kinderen.
De minor Muziek is ontwikkeld als onderdeel van MusicLab. MusicLab is een initiatief van de Pabo in samenwerking met de opleiding Docent Muziek en basisscholen in Leiden, ontwikkeld vanuit een subsidie van stichting Méér muziek in de klas en Fonds voor Cultuurparticipatie.
Met MusicLab wil de Pabo studenten nog beter kennis laten maken met muziek(onderwijs), zodat zij vol vertrouwen muzieklessen kunnen verzorgen tijdens hun stage en in hun latere werk als leerkracht. MusicLab onderhoudt een warme band met de opleiding Docent Muziek en het lectoraat Muziek in Onderwijs van de hogeschool.