Overslaan en naar de inhoud gaan Overslaan en naar de footer gaan Overslaan en naar de navigatie gaan
Zoeken

Water en bodem als fundament voor een klimaatadaptieve omgeving

12 maart 2025 | Onderzoek

Onderzoekers helpen gemeentes, provincie en waterschappen hoe ze via de Omgevingswet onze leefomgeving toekomst- en klimaatproof kunnen inrichten.

Landschap met water en molens

Er komen op ons land allerlei uitdagingen af. Zo moeten we niet alleen flink bijbouwen, maar Nederland ook slimmer inrichten en voorbereiden op klimaatveranderingen. Want extreem weer maakt onze leefomgeving kwetsbaar, zeker in dichtbebouwde gebieden. Dit vraagt om ruimtelijke keuzes die oplossingen bieden voor de gevolgen van hevige neerslag, droogte en hitte. Loesanne van der Geest en Gerdo Kuiper onderzoeken hoe je het natuurlijke water- en bodemsysteem als basis kunt gebruiken binnen het instrumentarium van de Omgevingswet.

Loesanne is docent-onderzoeker omgevingsrecht binnen het kenniscentrum Toegepaste Brede Welvaart en werkt met lector Gerdo Kuiper in het SIA-onderzoeksproject: Water en Bodem sturend in de Omgevingswet. Zij trekken 2 jaar lang op met collega’s van Hogeschool Van Hall Larenstein en de gemeentes Amersfoort, Leiden en Wageningen. Ook de waterschappen Rijnland, Hollands Noorderkwartier, Vallei en Veluwe en Waternet doen mee in het project, net als de provincie Zuid-Holland, de Omgevingsdienst Regio Utrecht en stichting Climate Adaptation Services.

Een continu aangepaste leefomgeving

Maar waarom moeten we water en bodem in de toekomst meer sturend maken? Loesanne legt uit: "Al eeuwenlang houden we in Nederland rekening met het verloop van ons water en de geschiktheid van de bodem. Vanaf de middeleeuwen beïnvloedt de mens dit 'systeem' al, nadat boeren zich permanent vestigden op de landschappelijke overgangen van hoog naar laag en de hogere gronden als akkerland in gebruik namen. We bouwden terpen en wierden om veilig te wonen en dijken voor het beschermen van akkers en vee. Zo ontstond er een complex stelsel van drainage, sloten, vaarten, kanalen, riolen en gemalen – voor optimaal landgebruik en transport – die hebben geleid tot het water- en bodemsysteem zoals we dat nu kennen." 

Grenzen van het huidige systeem

Maar inmiddels lopen we tegen de grenzen van dit systeem aan, sterker nog: het staat onder druk. Zo is voldoende en schoon water niet altijd meer vanzelfsprekend en klimaatveranderingen stellen onze manier van omgaan met het water- en bodemsysteem alleen nog maar meer op de proef. Loesanne: "De laatste 30 jaar wordt het warmer, natter én droger, met een duidelijke impact op onze omgeving. Denk aan de wateroverlast in Limburg, met in 2019 zo'n 430 miljoen euro schade. Om generaties na ons niet op te zadelen met hoge maatschappelijke kosten, is er dus een transitie nodig in de ruimtelijke ordening, zodat we ons beter inrichten op gevolgen van klimaatverandering, zoals extremer weer, bodemdaling en zeespiegelstijging. Die kunnen we niet beheersen. Dus in plaats van het natuurlijke systeem continu aan te passen aan onze wensen, moeten we water, bodem én groen slimmer inzetten als basis voor een veilige, gezonde en prettige leefomgeving."

Toekomstbestendige ruimtelijke oplossingen

"Hierbij kun je denken aan hoe je wateroverschotten straks slim koppelt aan tekorten op een ander moment bij het inrichten van een wijk", vervolgt Loesanne. "Zeker gezien alle woningen die er tot en met 2030 moeten worden bijgebouwd: zo'n 981.000 stuks. Want door klimaatverandering in combinatie met de enorme bouwopgave die op ons wacht, moeten we ruimtelijke oplossingen meer in harmonie met water en bodem gaan ontwerpen. Op visieniveau gaat het erom dat je goed nadenkt over wat nu de slimste plek is voor die woningbouwopgave. Is het wel echt handig om te bouwen in de diepste polders? Woningen bouwen we voor meer dan 100 jaar, dus moeten we ook rekening houden met wat er straks op ons afkomt. Vervolgens geldt dit ook op projectniveau: welke maatregelen kunnen we op die locatie en in dat plan nemen om toekomstbestendig te bouwen?"

Loesanne_vander_Geest_websitefoto
Loesanne van der Geest

Water, bodem én partijen verbinden

Met de Omgevingswet en de Kamerbrief Water en Bodem Sturend moeten vragen als deze meer verankerd worden in ruimtelijk beleid – en het liefst ook in regelgeving. Volgens Loesanne is de Omgevingswet een van de grootste wijzigingen in onze wetsgeschiedenis. De implementatie moet voor 2030 voltooid zijn en beoogt een ruimtelijke transitie, met als doel de duurzame ontwikkeling van de kwaliteit van onze leefomgeving. De wet bestaat voor 20% uit wet- en regelgeving en voor 80% uit 'anders werken'. Dit laatste omvat de één-overheidsgedachte, waarbij waterschappen, provincies en gemeentes nauwer samenwerken. "En dat vergt", aldus Loesanne "van overheden een hele omslag, omdat beleid zich vaak richt op bepaalde sectoren, zoals wonen, duurzaamheid of economie. Maar wil je water en bodem écht sturend maken in de Omgevingswet, dan is meer en ook vroegtijdige samenwerking noodzakelijk: tussen sectoren én tussen betrokken partijen. Nu zie je bijvoorbeeld nog dat waterschappen pas in het vizier komen als inrichtingsplannen al bijna klaar zijn, terwijl het belangrijk is dat ze al aan de voorkant – tijdens de fase van visievorming – meedenken over waterbeheer: welke functies, zoals wonen, plaatsen we op welke plek?"

Samen borgen: het instrument ‘programma’

Een van de instrumenten uit de wet die concreet invulling geeft aan de één-overheidsgedachte is een programma waarin overheden afspraken kunnen opnemen over hun rollen en de maatregelen om ambities te realiseren. Loesanne en haar medeonderzoekers nemen dit programma onder de loep en onderzoeken hoe gemeentes, waterschappen en provincies opgaves als waterkwaliteit, verdroging, verontreiniging, biodiversiteit en bodemdaling samen kunnen oppakken en juridisch kunnen borgen in een interbestuurlijk gebiedsprogramma op basis van de Omgevingswet. Dat gebeurt onder meer in werkateliers om collectief kennis te ontwikkelen en ervaringen te delen. De laatste vond in Leiden plaats, waarbij consortiumpartners werden meegenomen in de vragen van Leiden. Want ook Leiden loopt steeds meer tegen de grenzen van het water- en bodemsysteem aan. Dus hoe bereidt de stad Leiden zich voor op toekomstige klimaatscenario’s? Wat kan men hier doen aan inrichting en ruimtelijke ordening op basis van het natuurlijke bodemsysteem? En wat zijn de handelingsperspectieven en de rollen van de gemeente en die van het waterschap?

Meer informatie

Op 5 maart vond er een werkatelier bij de provincie Zuid-Holland plaats. In het blad Stedebouw & Architectuur vind je de eerste projectpublicatie, de tweede volgt in maart in het Tijdschrift voor Omgevingsrecht. Er wordt nog gewerkt aan een handreiking, een actorenweb en laatste artikel. Loesanne vervult ook een rol tijdens het Rijnland-kenniscongres Water, Bodem en Ruimtelijke Ordening in CORPUS in mei. In juni volgt een afsluitend atelier. Meer weten? Mail Loesanne.

Dit onderzoek wordt uitgevoerd vanuit ons kenniscentrum Toegepaste Brede Welvaart. Hier verbinden onderzoekers onderwijs, onderzoek en praktijk om toegepaste brede welvaart concreet te maken. Met een focus op een inclusieve samenleving en gezonde leefomgeving werken zij samen aan duurzame oplossingen voor echte maatschappelijke vraagstukken, waarbij brede welvaart het kompas is.

Ontdek meer