Een nieuwe biomarker voor de diagnostiek van urineweginfecties in de eerstelijn
Urineweginfecties behoren tot de meest voorkomende infecties waarvoor de huisarts wordt bezocht. Bij de diagnostiek van urineweginfecties wordt uitgegaan van een anamnese van klachten en vervolgens kunnen verschillende point-of-care testen worden ingezet. Deze testen zijn echter niet geschikt om de diagnose urineweginfectie te bevestigen, maar alleen (indien negatief) om de diagnose uit te sluiten.
Daarnaast is het op basis van deze testen niet mogelijk om direct een gerichte therapie in te zetten. Er wordt regelmatig gestart met een antibioticumkuur zonder dat de verwekker bekend is, hetgeen kan leiden tot toename van de antibioticaresistentie. Er is grote behoefte aan nieuwe diagnostische benaderingen voor urineweginfecties.
In het RAAK publiek project “Sneldiagnostiek van urineweginfecties in de eerstelijn” (RAAK.PUB04.050) is de inzet van single-cell MALDI-TOF massaspectrometrie onderzocht. Deze technologie blijkt in staat om zeer snel (in enkele minuten) de verwekker van een potentiële urineweginfectie te identificeren. De massaspectrometer levert unieke eiwitspectra van de bacteriecellen op. Regelmatig werd ook een additioneel laagmoleculair eiwitpatroon gevonden in de urine van patiënten met een urineweginfectie.
Om die reden werd het onderzoek uitgebreid met de analyse van ruim 250 controlemonsters, urines van mensen zonder verdenking op een urineweginfectie. Uit dit onderzoek bleek dat de gevonden laag moleculaire peptiden in urine mogelijk gebruikt kunnen worden als biomarker voor een urineweginfectie. In het kader van het Top-up project willen we meer bekendheid geven aan de potentiële biomarker door middel van een wetenschappelijke publicatie. Daarnaast willen we nagaan of het mogelijk is om een point-of-care test te ontwikkelen op basis van de biomarker. Voor de klinische validatie van deze test wordt het netwerk gevormd en een onderzoeksplan voor een vervolgproject opgesteld.
Om deze biomarkers bruikbaar te maken voor de praktijk wordt een point-of-care test ontwikkelt op basis van de biomarker. Hiervoor wordt een ELISA test opgezet voor het kwalitatief meten van alfa defensines in urine. Met behulp van bestaande ELISA-kits, gemaakt voor gewrichtsvloeistof, wordt getest of deze geschikt gemaakt kunnen worden voor het meten van alpha defensines in urine.
Resultaten
Uit voorgaande resultaten blijkt dat de aanwezigheid van α-defensinen (HNP 1-3) kan duiden op een urineweginfectie. Opmerkelijk daarbij is dat bij bijna de helft van de patiënten (n=225) eerst nog geen infectie aanwezig was (1e kweek negatief (<10^3 CFU/ml)) op dat moment al wel HNP pieken zichtbaar waren. Bij een tweede urine sample van deze patiënten, dat enige tijd later is afgenomen, was echter wel sprake van een infectie (2e kweek positief (>10^5 CFU/ml)).
Het onderzoek is met dit project uitgebreid maar eerder verkregen resultaten konden niet worden bevestigd.
Technieken
- ELISA
- VitekMS
Projectinformatie
Type project |
Top-up (RAAK-publiek UWI in de eerstelijn) |
Looptijd |
1-3-2021 t/m 28-2-2022 |
Status |
Afgerond |
Onderzoeksgroep(en) |
Innovatieve Moleculaire Diagnostiek |
Projectleiding |
Walter Zuijderduin, Marijke Mostert |
Docentonderzoeker(s) |
Anita Dirks (BM) |
Analist(en) |
Angela Hoogenboom (BM), Rob Pastoor (BM), Mara Kroner (BM) |
Student(en) |
1 student BM 4e jaars |
Partner(s) |
Fontys |